20 orgels, 5 zaterdagen: organist Jantine de Reus beleeft onvergetelijke orgelzomer tijdens Tsjerkepaad
04-09-2023
Stichting Organum Frisicum zet zich in voor de vele prachtige oude orgels die onze provincie rijk is. Al een aantal jaren werkt de stichting samen met Tsjerkepaad. Jantine de Reus maakte gebruik van de mogelijkheid om de orgels te bespelen.
Tsjerkepaad is de organisatie die al bijna twintig jaar initieert dat ruim 240 Friese kerken in de zomermaanden op zaterdagmiddag hun deuren openen om gasten te verwelkomen. Gastheren en gastvrouwen verwelkomen de bezoeker en vertellen over de historie van de kerk.
Organisten kunnen zich bij Organum Frisicum inschrijven om op deze middagen het orgel in een kerk te bespelen. De orgels zijn nauwkeurig beschreven op de website: welke registers er zijn, hoeveel manualen, is het pedaal aangehangen of niet, wie is de bouwer, in welk jaar is het orgel gebouwd, enzovoorts. De provincie is ingedeeld in regio’s. Per middag zijn er vier speelblokken van elk een halfuur. Zodoende kan een organist meerdere kerken aandoen op een middag.
Buitenkans
Het is een buitenkans voor de orgelliefhebber om op deze manier de monumentale orgels te mogen bespelen. De organisten komen dan ook van heinde en verre naar Fryslân. Want waar maak je dit nu mee, dat de deuren van de kerk wagenwijd openstaan én dat het orgel zomaar bespeeld kan worden?
Ik besloot me ook aan te melden en boekte vijf zaterdagmiddagen vol. Elke middag vier kerken en orgels. Onder meer Hemelum, Woudsend, Noordwolde, Wons, Schraard en Longerhouw stonden op het lijstje. Opgeteld twintig Friese kerken kon ik zo bezoeken.
In elke kerk ben ik gastvrij ontvangen: ‘Ah, jo binne de oargelist, wolkom!’ Voor en na het bespelen van het orgel had ik met de gastheer/-vrouw vaak nog even een geanimeerd gesprek. Over de kerk, over de bezoekers van de middag, over het weer. En over de kerkelijke gemeente die haar erediensten houdt in deze kerk. Er is veel betrokkenheid, zo merkte ik. Dat is prachtig om te zien. Een kopje koffie hoort er meestal ook wel even bij, soms werd het zelfs speciaal voor me gezet.
Al snel vertrok ik naar boven, naar het orgel. Vaak werd het geheel me toevertrouwd, ik ‘zou er wel verstand van hebben’ en ‘wel uitvinden hoe het orgel aan gaat’. Soms liep er even iemand met me mee.
In één kerk was de vaste organist aanwezig. Zij legde uitgebreid alles uit over ‘haar’ orgel en bleef naast me staan toen ik ging spelen. Eerst maar eens zien of er wel goed met het orgel werd omgegaan… Maar na verloop van wat speeltijd ontstond er vertrouwen en herkenning en we gingen allerhartelijkst weer uit elkaar.
Gordijntje
Er wordt goed op de orgels gepast, voor sommige hangt een keurig gordijntje, op andere ligt een houten afdekkap, netjes met een dubbel gevouwen vaatdoekje eronder. Kandelaren links en rechts van de speeltafel zijn ook niet ongebruikelijk, als verlichting in vroeger tijden.
Soms kwamen er toeristen langs bij het orgel. Er kwam een gezin kijken, moeder en twee dochters in de basisschoolleeftijd. Zoiets hadden ze nog nooit gezien of gehoord! Ik liet ze wat toetsen indrukken, speelde een modern wijsje en liet de onderste pedaaltoon even brommen. ‘Wow’, zei de moeder, ‘wat prachtig is dit. Waarom weet niemand dit? En kun je dit ook leren?’ Ja natuurlijk kan dat, ook voor het orgel kun je op muziekles.
Behalve fanatieke bespelers van het orgel zijn er ook luisterfans. Zo heb ik al twee keer dezelfde luisteraar ontmoet. Hij gaat op de zaterdagmiddagen ook alle orgels af, stelt een rooster voor zichzelf samen om ze te beluisteren en foto’s te maken. Of ik misschien nog ‘een fuga van Bach’ voor hem wilde spelen? Jawel, dat zou wel lukken.
Even zoeken
De orgels in Fryslân bevinden zich bijna zonder uitzondering in uitstekende staat. Het ene speelt zwaar, het andere licht. Het pedaal is klein of groot, aangehangen of zelfstandig. Het aantal stemmen voor onder- en bovenklavier verschilt. Bij de start is het altijd even zoeken waar welke registers zitten en hoe ze klinken.
Er zijn ook kleine orgels, één klavier, een paar registers maar. Maar ook die zijn een genoegen om op te spelen, er komt een prachtige klank uit voort. Het is sowieso genieten in de oude kerken met hun goede akoestiek. De toeristen lopen ook niet massaal naar binnen waardoor de muziek niet altijd onderbroken wordt door gesprekken.
Soms ‘speel’ ik de toeristen naar binnen. Ze horen de mooie klanken en stappen naar binnen. Dan ontstaat er bij het weggaan vaak ook even een leuk gesprek. Welke muziek was dat? Ik zou ook wel willen leren spelen, zou ik eens op les gaan?
Kleine dorpjes
Bijkomend genieten is dat ik op plekken kom waar ik nog nooit eerder ben geweest. Heel kleine dorpjes, gelegen aan een doodlopende weg zo breed als een fietspad. Fantastisch, wat een rust en wat een groen.
Zaterdag sluit ik mijn orgeltournee door Fryslân af, met bezoeken aan Raerd, Goutum, Leeuwarden en Warten. Een onvergetelijke orgelzomer, dat was het.
Jantine de Reus (51) woont in Nij Beets. Haar eerste orgelles kreeg ze toen ze acht jaar was. Dit verhaal stond oorspronkelijk in het Friesch Dagblad
Terug naar overzicht